Niet naar bed willen
Situatie
Naar bed brengen is bij mijn kinderen van 3 en 5 een ramp. Eerst vraag ik het aardig, vervolgens begin ik met dreigen en het eindigt meestal met gesnauw en geschreeuw. Als de kinderen eindelijk in bed liggen, ben ik helemaal gesloopt en heb nergens meer puf voor.
Think about it
Welkom bij de club! Dit is een van de meest voorkomende problemen in de opvoeding. Kinderen lijken een ongebreidelde energie te hebben, die nog even in de hoogste versnelling gaat vlak voor bedtijd. En dat is meestal het moment dat juist bij ouders de batterij razendsnel leegloopt. Het naar bed brengen wordt dan een obsessieve, verplichte en soms wanhopige aangelegenheid.
Oplossingen
- Benoem/verwoord het verlangen
Bereid je kind voor: ‘Over 5 minuten gaan we naar bed.’
Geef informatie: ‘Het is bedtijd.’
Als je kind niet mee wil
Benoem zijn gevoel: ‘Je hebt geen zin om naar bed te gaan, je zou het liefst nog lekker doorspelen.’
En/of verwoord zijn verlangen: ‘Wat zou het fijn zijn als je de hele avond mag opblijven, wat zou je dan allemaal willen doen?’ (Bij het noemen van dingen die jullie samen bedenken, loop je richting de slaapkamer.)
- Geef een keuze
‘Gaan we naar boven met berenstappen of met muizenstapjes?’
‘Wil je dat ik je voorlees op ons bed of op je eigen bed?’
Als je kind blijft dreinen en echt niet mee wil, ga je over op het stappenplan alternatieven voor straf.
‘Dit zijn je keuzes: óf je gaat uit jezelf mee en we hebben tijd om voor te lezen, óf je blijft nog hier en kiest ervoor dat er geen tijd meer is om voor te lezen. Jij kiest.’
- Problem solven
Als het elke avond een probleem is, ga je op een rustig moment met je kind zitten om te problem solven. Bedenk samen oplossingen die voor jullie beiden kunnen werken. Een oplossing zou bijvoorbeeld kunnen zijn om samen een bedtijdkaart te maken waardoor het voor je kind inzichtelijk is wat er allemaal moet gebeuren, voordat jullie nog even samen lezen. Plak samen op een groot vel papier verschillende plaatjes: (1) pyjama aan; (2) tanden poetsen; (3) plassen; (4) boekje lezen; (5) nachtlampje aan; (6) knuffel en liedje; (7) nachtlampje uit; (8) slapen.
Je kunt dit zelf maken of samen met je kind iets tekenen, waar hij dan iets op knutselt.
